afb. Kris Roderburg, 22 oktober 2013
Een bij gebrek aan attributen niet te duiden beeld, is de sculptuur van twee tegenover elkaar zittende figuren, een oudere en een kind (Z-I.2).70 De sterk verweerde man, waarvan ook een hand en een arm mist, draait het hoofd schuin weg van het kind – alleen het onderlijf bleef bewaard – dat voor hem op de boog zit. Op een foto die rond 1930 in het Rijksmuseum werd gemaakt, heeft het beeld nog een hoofd, dat nu ontbreekt. Aan de zuidzijde was een sterk gelijkend beeld geplaatst, waarvan alleen het hoofd niet was bewaard (Z-V.2).71 Dit beeld van een man waar tegenover een kind lijkt te zitten, is alleen nog bekend door de foto van Schull en een schets van Hezenmans. Vergelijkbaar wat betreft het onderwerp, maar anders van stijl, is het sterk verweerde beeld van een man die in gedraaide houding aan de noordzijde van het schip zat. Tussen zijn knieën is op de rug van de boog het achterlijfje van een klein beest bewaard (N-II.3).72 De beweeglijke houding doet denken aan de groep muzikanten, maar er zijn verder geen aanwijzingen voor de oorspronkelijke betekenis. | 365 |
Noten | |
70. | Z-I.2, bouwloods i-857; BK-NM-1255. Het beeld werd in de negentiende eeuw hersteld als de terugkomst van de verloren zoon, maar de enige overeenkomst tussen het oude en het nieuwe beeld is dat er twee figuren zijn weergegeven. Het oude beeldhouwwerk laat het restant van een zeer klein kind zien en kan dus zeker niet de thuiskomst van de verloren zoon hebben voorgesteld. Glaudemans 2004 A, 32. |
71. | Z-V.2, het originele beeld bleef niet bewaard; bij de restauratie wed hier een aap geplaatst die zijn kind aan het vlooien is. Glaudemans 2004 A, 48. |
72. | N-II.3, bouwloods i-273; BK-NM-1251. Bij de negentiende-eeuwse restauratie werd dit beeld vervangen door een monster. Glaudemans 2004 A, 70. De administratie van de bouwloods plaatst het beeld foutief op N-VIII.1 (fluitspeler); de RCE plaatst het beeld foutief op N-VII.2. Koldeweij lokaliseerde dit beeld aan de zuidzijde op Z-I.2 (‘de verloren zoon’). Koldeweij 1989, 72. |
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 366
Jan Mosmans, De St Janskerk te 's-Hertogenbosch (1931) 306 (afb. 205 nr. XVI)